
Interview door Nora van Artlupa in Amsterdam.
Rob de Looff (1976) gaf zijn leven een nieuwe wending na een lange weg van fotograaf tot meubelmaker.
Bomen krijgen bij hem een tweede leven, een muzikaal leven wel te verstaan; ze weerklinken in zijn muziekdoosjes, die leuk zijn om als cadeautje aan iemand te geven. Zijn visie hierover is zo beeldend dat hij wereldwijd bekend is geworden.
Hij maakt alle doosjes consequent met de hand, liefdevol, met zorg. Zo levert hij de hoogst denkbare kwaliteit. Zijn atelier ademt de liefde voor hout en de bomen. Een speciaal mens met een speciaal verhaal.
WAT IS JOUW ACHTERGROND?
‘Ik wilde rond mijn 14e jaar fotograaf worden en heb tot mijn 19e heel veel met fotografie gedaan. Zoals veel reportages maken, want de verhalen van mensen interesseerde mij vooral. Daarna ben ik naar de fotoacademie, De Koninklijke Kunstacademie in Den Haag, gegaan, daar heb ik maar twee jaar opgezeten. Ik vond het veel te schools. De studie was heel technisch gericht, en ik wilde eigenlijk gewoon de straat op en reportages maken. Daarna ben ik nog wel verder gegaan naar de kunstacademie St. Joost in Breda, waar ik voor het filmmaken koos, zodat ik met bewegend beeld en geluid nog meer een verhaal zou kunnen vertellen. Ook hier ben ik, na een nog kortere tijd, weer weggegaan.’
NADAT JE DEZE STUDIES HAD LOSGELATEN EN GESTOPT, WAT BEN JE TOEN GAAN DOEN?
‘Ik ben na mijn opleiding in Breda naar Amsterdam gegaan en heb daar heel veel losse baantjes gehad, zoals bij o.a. lijstenmakers of foto’s maken van mensen op een rondvaartboot, die ze dan kunnen kopen, ook heb in die periode zelfs nog met Louis van Gasteren gewerkt. Louis was een filmmaker en regisseur en ik werkte als assistent bij hem.’
WANNEER KWAM JOUW KENTERING?
De kentering van al dit zoeken, kwam toen ik rond mijn 21ste jaar vooral geïnteresseerd raakte in de innerlijke kant van het leven. Daarin begon ik mij te verdiepen door vooral veel erover te lezen. Dat werkte zo door, dat ik al heel snel het najagen van een carrière verloor en daarmee de vroegere dromen over mijn toekomst. Zo kwam ik al snel op een conferentieoord, Renova, te werken in de tuinderij. Dit is een conferentieoord van de School van het Rozenkruis. Dit werken was gewoon puur in de natuur en met je twee benen op de grond. Daar leerde ik heel erg de liefde voor bomen en het bos kennen. De magie van het bos ben ik toen echt zó gaan waarderen. Het was op die plek, ik woonde boven de werkplaats, waar ik voor het eerst kennis maakte met houtbewerking. In dat bos werden namelijk regelmatig bomen gekapt en takken gesnoeid, die dan weer in planken werden gezaagd. Toch ben ik daar, na een paar jaar werken, weer weggegaan.